Vertalen is een vak. Iedere vertaler heeft ook zijn eigen specialismes en voorkeuren. In dit interview met juridisch vertaler Ian Gaukroger, vertaler Engels bij Juridisch en Financieel Vertaalbureau Fiducia, vertelt hij meer over zijn keuze voor vertalen, zijn dagelijkse praktijk en de toekomst van vertalen.
“Een vertaler moet niet alleen de kale betekenis overbrengen, maar ook de boodschap als geheel.”
Ik ben opgegroeid in Rhodesië, een voormalige Britse kolonie in Afrika, met Engels als moedertaal. Pas op de middelbare school kwam ik in aanraking met andere talen, nl. Frans en Latijn. Op een gegeven moment kwam een jongen uit Zaïre (de huidige Republiek Congo) in onze Franse klas. We raakten met elkaar bevriend, maar hij sprak geen woord Engels. Toen begon ik voor het eerst te voelen hoe het was om te communiceren met iemand in een andere taal. Dat vond ik heel leuk, ondanks mijn grote beperkingen in het Frans. Maar of ik juridisch vertaler wilde worden toen ik jong was? Absoluut niet, ik wilde pianist worden.
Om die droom na te jagen, vestigde ik me dan ook in 1991 in Amsterdam om als (klassieke) pianist aan de slag te gaan. Destijds trad ik op met het Nederlands Philharmonisch Orkest. Ik heb me meteen ingeschreven voor een cursus Nederlands op de Volksuniversiteit Amsterdam. Ik wilde namelijk meedoen in de maatschappij en niet als de zoveelste expat aan de zijlijn blijven staan. Maar omdat Engels mijn moedertaal is, vertaal ik ook alleen vanuit het Nederlands naar het Engels en niet andersom.
Mijn eerste vertaalopdracht heb ik in 1992 gekregen. Deze opdracht, de biografie van de landschapsschilder Andreas Schelfhout, was een mooie introductie tot het vertalen en ook tot de Nederlandse cultuur. Maar dat was slechts incidenteel. Pas vier jaar later, in 1996, kreeg ik de opdracht om een kleine geschiedenis van de betrekkingen tussen Japan en Nederland te vertalen. Een fascinerend verhaal. Daarna begon ik serieus na te denken over een mogelijke toekomst als (juridisch) vertaler.
De boodschap overbrengen
Het leukst aan vertalen vind ik het schrijven zelf: het maken van een goed lopende tekst die goed ‘klinkt’. Het gebruik van het gehoor bij vertalen wordt te vaak onderschat. Meestal wordt er überhaupt geen aandacht aan besteed. Uiteraard is een helder begrip van de te vertalen tekst cruciaal, maar zaken als toon en register zijn net zo belangrijk. Tekst is tenslotte communicatie. Dat is waar de taak van de vertaler ligt: niet alleen de kale betekenis van de tekst overbrengen, maar ook de boodschap als geheel. Ik ben niet van de school die zegt dat een vertaling van een slechte tekst een accurate weerspiegeling van het origineel moet zijn en dat een vertaler er niet ‘tussen’ mag komen. Het wil er bij mij niet in dat een te vertalen tekst met opzet slecht is opgeschreven.
De invloed van machinevertaling
Machinevertaling is niet meer weg te denken uit onze wereld. Bijna iedere tekst, zelfs in vooraanstaande literatuur, bevat standaardzinnen. Waarom zou u uw tijd willen verspillen aan het handmatig vertalen van dat soort zinnen als een machine het net zo goed kan? Een snelle blik op de machinevertaling is dan vaak voldoende. Echter, uit mijn ervaring tot nu toe blijkt dat een machine nog steeds enigszins tekortschiet in ruim 90% van de zinnen in alle teksten, ook juridische teksten. Denk aan kwesties zoals woordvolgorde, hetgeen uitermate belangrijk is in het Engels en heel anders dan in het Nederlands. Daar heeft een machine nog weinig oog voor. Nog belangrijker is dat een machine overduidelijk geen bewustzijn heeft, hij leeft niet. Taal leeft wel. In een machinevertaling ontbreekt de bewuste link tussen de zinnen onderling: de machine heeft geen idee van de boodschap als geheel. Om dat te bereiken is er wezenlijke sprong in de kunstmatige intelligentie nodig.
Het belang van woordenschat en doorzetten
Taal blijft mijn passie. Momenteel ben ik weer Frans aan het leren: een prachtige taal van een prachtig land waar ik graag kom. Op de middelbare school heb ik slechts vier jaar Frans geleerd, maar ik heb het sindsdien altijd weer opnieuw willen oppakken.
Als u een nieuwe taal wilt leren, moet u eerst accepteren dat u geen enkele taal goed kunt leren zonder veel nieuwe woorden te leren. Taal is voor een groot deel woordenschat, u kunt er gewoon niet omheen. Verder moet u durven. U moet uw mond openzetten en fouten durven te maken. En doorzetten totdat de mist optrekt en u een zeker gemak gaat ontdekken.